Met de nieuwe Energiewet die in 2022 klaar moet zijn, kunnen netbeheerders slimmer om gaan met de aanvraag van nieuwe aansluitingen. Met name uitbreiding van het bestaande aansluitvoorschrift over ‘cable pooling’ biedt kansen.
Nieuwe Energiewet biedt kansen voor netbeheerders
Dat is één van de belangrijkste conclusies van de derde kennistafel Energiehubs, die op 31 mei werd georganiseerd door Stevin Technology Consultants en Acquire Publishing. Vijftien experts, waaronder een vertegenwoordiger van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, sloten aan om het te hebben over thema ‘wet- en regelgeving’. Omdat de vrijheid om in vertrouwen kennis en ideeën te wisselen in het gesprek centraal stond, worden in dit artikel geen namen genoemd.
Vijf typen aansluitsituaties
Stevin identificeert vijf typen aansluitsituaties: de standaardaansluiting op een openbaar net, het gesloten distributiesysteem (GDS, een net van een private partij waarop ook derden aangesloten kunnen worden), cable pooling (waarbij de installatie van twee partijen met één aansluiting op het netwerk van de netbeheerder wordt geplaatst), de directe lijn (een verbinding tussen twee partijen zonder tussenkomst van de netbeheerder) en het MLOEA-concept (met meerdere leveranciers op een aansluiting: via meerdere registratiepunten achter één aansluiting kunnen meerdere leveranciers op één aansluiting leveren).
Vooral die bijzondere aansluitsituaties leveren maatschappelijk het meeste voordeel op. Ook werken ze technisch heel goed. Alleen is de juridische ruimte rond aansluitmodellen beperkt en de regelgeving ingewikkeld.
Soms komt dat omdat het Europees-wettelijke kader belemmeringen of beperkingen oplegt aan wat we nationaal mogen regelen, omdat wet- en regelgeving nog niet aangepast is op nieuwe ontwikkelingen. En soms heeft dat een fiscale reden. De hoofdregel in de Elektriciteitswet 1998 dat per WOZ-object één aansluiting kan worden aangevraagd, is bijvoorbeeld technisch misschien niet het handigst, maar levert de Nederlandse schatkist wel het makkelijkst geld op.
Die regelgeving levert soms rare situaties op. Bijvoorbeeld wanneer een bedrijf zonnepanelen op het dak wil zetten via een opstalrecht, of een boer zonnepanelen wil neerleggen op een schuur op zijn eigen erf. Technisch is dat geen probleem, maar juridisch levert dat veel onduidelijkheden op omdat voor twee WOZ-objecten momenteel twee aansluitingen nodig zijn.
Nieuwe energiewet in de maak
De nieuwe Energiewet, waar de Rijksoverheid momenteel aan werkt, biedt echter wel mogelijkheden. De aanleiding hiervoor is dat de huidige elektriciteit, gas- en warmtewet behoorlijk zijn verouderd en nieuwe ontwikkelingen in de weg staan. De nieuwe wetgeving dient ter implementatie van het Europese Clean Energy Package en het Klimaatakkoord en bereidt Nederland voor om toekomstige opgaven het hoofd te bieden.
Het nieuwe wetsvoorstel gaat na de zomer ter toetsing naar de Autoriteit Consument & Markt (ACM). Daarna wordt een aangepast wetsvoorstel eerst voorgelegd aan de Ministerraad, waarna ook de Raad van State er iets van moet vinden. Naar verwachting zal het voorstel in het eerste kwartaal van 2022 naar de Tweede Kamer worden verstuurd.
Gesloten distributiesystemen
In het openbaar vervoer komen bijzondere elektriciteitsnetwerken veelvuldig voor. Het elektriciteitsnetwerk van ProRail bijvoorbeeld wordt gekwalificeerd als bijzondere variant van een GDS. In de stedelijke regio’s Amsterdam, Rotterdam en Den Haag zijn GVB, RET en HTM beheerders van elektriciteitsnetwerken en verantwoordelijk voor hun eigen netstructuur, maar bij hen is niet geheel duidelijk hoe zij precies passen in het wettelijk kader. Daardoor ontstaat onzekerheid: mogen ziij bijvoorbeeld stroom doorleveren aan andere partijen in nabijheid van hun netwerk die veel stroom gebruiken, zoals de KPN of de Albert Heijn? Als dat niet mag, kan de overtallige capaciteit niet worden benut.
Door deze stadsvervoerders ook de status van GDS te geven, kunnen zij mogelijk makkelijker hun stroom aan derde partijen doorleveren. De voordelen daarvan zijn dat de resterende capaciteit op de huidige netten gebruikt en dat je investeringen in nieuwe netten voorkomt.
Het lastige eraan is alleen dat beheerders van een GDS moeten borgen dat ze het systeem primair gebruiken voor het distribueren van de eigen elektriciteit. Dat is vanuit de Europese Unie zo geregeld, omdat partijen geen ‘doorsluisnetwerk’ mogen worden. Leveren zij meer elektriciteit aan derden dan dat zij zelf gebruiken, dan worden zij waarschijnlijk gezien als netbeheerder en krijgen zij een andere juridische status. Partijen kunnen dus alleen een GDS aanvragen, als zij kunnen aantonen dat het transport van stroom primair voor het eigen bedrijf, of verwante bedrijven is.
Cable pooling biedt mogelijkheden
Naast het GDS passeren nog twee aansluitsituaties de revue: MLOEA en cable pooling. Waar MLOEA vooral met gebouwen te maken heeft waar meer afnemers in gehuisvest zijn, is cable pooling technisch gezien een belangrijk instrument om efficiënter met het netwerk om te gaan. Idealiter biedt cable pooling de mogelijkheid om complementaire profielen te combineren, zodat een lagere netcapaciteit nodig is, en zaken achter de netaansluiting te balanceren, zodat het net er niet mee belast wordt. Cable pooling wettelijk mogelijk maken geeft marktpartijen een stuk meer mogelijkheden, omdat zij nu vaak tegen beperkingen aanlopen in wat zij kunnen.
Over het cable poolen van opwek-opwekaansluitingen diende Tweede Kamerlid Tom van der Lee (Groenlinks) in februari 2020 een amendement in, dat werd aangenomen. Dat biedt mogelijkheden om anders met aansluitingen om te gaan en ook voor het energiehubconcept van Stevin. Veel marktpartijen zijn daar erg over te spreken.
Momenteel worden alleen combinaties van opwek-opwekaansluitingen toegestaan onder het cable pooling-voorschrift. Het combineren van opwek- en verbruiksaansluitingeb of combineren van meerdere verbruiksaansluitingen via cable pooling is nog niet mogelijk en is complexer.
Dat heeft ermee te maken dat er te weinig meetpunten achter de aansluiting hangen, waardoor niet kan worden gemeten wie welke hoeveelheid stroom verbruikt of opwekt. En juist dat is bijvoorbeeld voor de Belastingdienst belangrijke informatie. Dat bezwaar kan worden weggenomen door meer meetpunten achter één aansluiting te hangen, zo wordt geopperd tijdens het gesprek. De ontwerpversie van de Energiewet biedt daarvoor aanknopingspunten, maar nog veel is onduidelijk. Om dat op te lossen moet het ministerie van EZK in gesprek met de Belastingdienst en het ministerie van Financiën.
Deelnemen?
Ook interesse om bij een kennistafel over Energiehubs aan te sluiten? Stuur een e-mail naar Rogier Pennings: pennings@stevin.com
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Groen licht voor invoering zero-emissiezones
24 apr om 09:00 uurDe seinen voor de invoering van zero-emissiezones voor stadslogistiek staan op groen. Uit nieuw onderzoek van…
Veiliger schoolzones met digitaal verkeersmanagement
1 apr om 15:43 uurOp dit moment zitten er meer dan 1.4 miljoen kinderen in Nederland op het basisonderwijs. Al deze kinderen…
‘Niet meer van crisis naar crisis struikelen’
27 mrt om 16:33 uurDaan Zandbelt, stedenbouwkundige en partner bij bureau De Zwarte Hond, ziet dat we…
Een ruimtelijke en sociale blik op de reis van de toekomst
26 mrt om 09:23 uurAls het gaat om de toekomst van mobiliteit, denken sommige mensen aan drones voor personenvervoer. Anderen…
Natuurlijk!Deelmobiliteit presenteert modelbepalingen voor reguleren deelvervoer in lokale wetgeving
13 mrt om 10:57 uurSamenwerkingsprogramma Natuurlijk!Deelmobiliteit heeft modelbepalingen gespresenteerd die kunnen helpen bij het…
Mobiliteit in de toekomst: sciencefiction of realiteit?
5 mrt om 12:19 uurIn 1964 introduceerde de televisieserie Star Trek de ‘communicator’, een draagbaar apparaatje waarmee mensen…
Arnhems trolleynet kan energietransitie helpen
1 dec 2023Zeg je Arnhem, dan zeg je trolley. Het trolleynetwerk bestaat al 75 jaar en wordt met de trolley 2.0 geüpgraded…
Energiehubs op bedrijventerreinen zorgen voor forse CO²-reductie
3 nov 2023Uit onderzoek van Royal HanskoningDHV blijkt dat energiehubs kunnen zorgen voor vier tot zes megaton extra CO²-…
Reactie toevoegen