Topcongres Omgevingswet stoomt topambtenaar klaar voor 2021

De invoering van de Omgevingswet brengt nogal wat verandering met zich mee. Op het Topcongres Omgevingswet op 6 maart krijgen ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor de invoering van de wet inzicht in wat er moet gebeuren in de laatste maanden.

 

De Omgevingswet biedt overheden de mogelijkheid om de leefomgeving meer in samenhang in te richten. “Veel processen en lagen binnen overheden werken na de invoering van de wet anders”, vertelt Arjan Nijenhuis, relatiemanager Aan de Slag met de Omgevingswet. “Overheden moeten hun organisaties klaarstomen en werkwijze aanpassen om met deze verandering om te kunnen gaan. Ook moeten op 1 januari 2021 alle overheden zijn aangesloten op het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het DSO is het systeem achter het digitale Omgevingswetloket waar inwoners en ondernemers kunnen zien welke regels gelden op een locatie, vergunningen kan aanvragen en door middel van vragenbomen kan zien of je een vergunning moet aanvragen. In veel gevallen kan vanaf 2021 binnen 8 weken in plaats van de huidige 26 weken termijn een aangevraagde Omgevingsvergunning afgegeven worden. Dit op basis van een integrale afweging, al dan niet in overleg met de bestuurlijke partners.”

 

Er zijn vijf criteria opgesteld waar overheden op grond van de Omgevingswet aan moeten voldoen. “De sessies op het congres gaan in op eerder genoemde onderwerpen en kijken ook naar de kansen die de Omgevingswet kan bieden aan directie en management bij het realiseren van maatschappelijke opgaven”, aldus Nijenhuis.

Het is lastig te zeggen of alle gemeenten in Nederland al voldoende zijn voorbereid op 2021. “Elke overheid heeft zijn eigen planning, ambitie en opgave gekoppeld aan de wetgeving. Er zijn al wel veel voorbeelden van organisaties die de afgelopen jaren al aan de slag zijn gegaan met pilots en projecten om ervaring op te doen, bijvoorbeeld via de Crisis en Herstelwet.”

De komst van de wet brengt een hoop verandering met zich mee, iets waar de mens van nature niet altijd even blij mee is. De topambtenaar kan een belangrijke rol spelen bij een soepele overgang, denkt Nijenhuis. “Goed voorbereiden op wat er komen gaat, visie vormen en de organisatie hierin meenemen. Zorgen voor de juiste randvoorwaarden voor wat er nu al moet en wat er op termijn kan. Er zijn hiervoor verschillende instrumenten ontwikkeld die die proces kunnen ondersteunen, denk hierbij aan het inzetten van de train de trainer om de kennis over de Omgevingswet binnen de organisatie te vergroten. En gebruik maken van bestaande instrumenten zoals de OMOOC.