Aan de oevers van de Maas, op een industrieterrein precies tussen Rotterdam en Schiedam, trekt een oudere versie van de ParkShuttle de aandacht. In een grote container vult een jongen van Check lege accu’s aan de lader en verderop staan een hyperlooptunnel en wat slimme verkeerslichten opgesteld. Welkom op het Future Mobility Park, de eerste commerciële test- en leeromgeving voor vernieuwende mobiliteitsvormen van Nederland.
Autonoom vervoer krijgt vorm in Rotterdam
“Kijk”, zegt directeur Lucien Linders enthousiast, terwijl hij vanuit de controlroom naar een computerbeeldscherm wijst. De controlroom in een kleine container is sinds juli 2022 het hart van het mobiliteitspark. Op het beeldscherm zien we hoe Alwin Bakker, oprichter van het Park en directeur van het Future Mobility Network, komt aangelopen.
Een vierkant met allerlei cijfers omcirkelt hem. Dit zijn ‘de ogen van een automatisch voertuig’. Het werkt via LiDAR-technologie, waarbij laserpulsen de afstand tot een object bepalen. Een bezoeker verwondert zich over wat hij ziet en maakt een foto.
Bekijk ook de beeldreportage: Innovatief mobiliteitspark in Rotterdam
Van Delft en Londen naar Rotterdam
Terwiijl Linders koffie is gaan zetten en Bakker weer naar binnen is gekomen, vertelt hij dat hij zich sinds 2016 al bezighoudt met automatisch vervoer. Destijds was Bakker met zijn startup The Future Mobility Network gevestigd op campusterrein The Green Village aan de TU Delft, waar ook hyperloopteam Hardt zijn oorsprong vond. “In Delft deden we veel onderzoek, maar voor opschaling is samenwerking met het bedrijfsleven nodig. Ik merkte dat iedereen vooral praatte over innovatieve mobiliteit, maar dat niemand die stap zette. Toen dacht ik: laat ik het gewoon doen.”
Directeur Lucien Linders staat ook met de poten in de klei: ‘Soms moet ik zelf kabelgoten graven'
En zo richtte hij het Future Mobility Park op, een stichting waarvan bedrijven, overheden en kennisinstellingen lid kunnen worden. “Het Network wil robotisering realiseren en zet systemen neer. Om dat mogelijk te maken moet je praktijktesten houden. Dat kan op dit park. We hebben veel moeten investeren, maar dat is niet erg: het is mijn droom om innovatie aan te jagen. We zijn een whitelabel, hebben geen belang bij één leverancier.”
In mei 2021 volgde een verhuizing naar een stuk braakliggend terrein in het Rotterdamse Merwe- en Vierhavensgebied in Rotterdam-West. Het gebied staat bekend als ‘Het Makers District’. Ook haalde Bakker Lucien Linders erbij, een oud-collega die inmiddels directeur was van het Smart Mobility Living Lab in Londen.
In het Verenigd Koninkrijk is de regelgeving rond automatisch vervoer verder dan in Nederland en in Londen had Linders 20 miljoen investeringsruimte. Toch kon hij de lokroep om naar Rotterdam te komen niet weerstaan, vertelt nadat hij de koffie heeft ingeschonken. “Alwin had het groundwork al gedaan en ik kan hier systemen ontwerpen, bouwen, testen, opleveren en operationeel maken. Ik denk na over de strategie, maar zet ook de koffie. Soms moet ik de laarzen aan om kabelgoten te graven. Die variatie maakt het mooi, ik heb hier erg veel ruimte.”
Visie
Bakker, zelf ooit als ‘innovatieve ambtenaar’ voor Rotterdam actief, wist dat de gemeente een visie heeft om autonoom vervoer. Wegbeheerders, RDW, gemeente en Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) denken erg mee. Maar hoe zit het met de samenwerking met het bedrijfsleven? Inmiddels doen, naast the Future Mobility Network, ook Aon, Alcatel Lucent Enterprises, Technolution, MAP.trafficmanagement, Hardt, Swarco en Check mee.
“De regelgeving in Nederland is alleen ingewikkelder dan jaren geleden”, erkent Linders. “Als regelgeving moderniseert, denk ik dat meer partijen meedoen. Juist door betrokkenen bij nieuwe regelgeving (ministerie, RDW, concessiegevers, wegbeheerders en gemeenten) de mogelijkheid te geven om de technologie te voelen, vergroot dat het inzicht en het vertrouwen om deze nieuwe regelgeving neer te zetten.”
De parkdirecteur vertelt dat learning by doing centraal straat op het Future Mobility Park. “Op het afgesloten terrein kunnen we hier rustig testen, voordat voertuigen de openbare ruimte opgaan. Dat is veiliger. Innovatie is niet alleen nieuwe technologie pushen, maar ook bestaande systemen optimaliseren. Soms lost nieuwe technologie geen problemen op. Hier filteren we met nieuwe marktpartijen het kaf van het koren. Twee van de tien innovaties redden het.”
Learning by doing
En dus is het tijd voor een rondleiding over het park. We lopen langs een zelfrijdende shuttle van Navya, die in het recente verleden in Scheemda (bij Groningen) en bij de Europese Ruimtevaartorganisatie ESA in Noordwijk reed. Verderop staat de eerste hyperloopbuis, die werd ontwikkeld door een studententeam aan de TU Delft en nu van scale-up Hardt Hyperloop is. “Hardt verhuisde een tijdje geleden naar Rotterdam”, zegt Linders enthousiast. Op hemelsbreed 700 meter is het hoofdkantoor gevestigd.
Ondertussen rijdt een autootje van deelscooteraanbieder Check het terrein op: de chauffeur legt lege accu’s aan de laders, om vervolgens met volle exemplaren de scooters in de stad weer te vullen. Ook lopen we langs een oudere versie van de ParkShuttle: een nieuwe versie rijdt sinds december 2022 aan de andere kant van Rotterdam, vanaf metrohalte Kralingse Zoom naar Capelle aan de IJssel.
Het terrein is nog volop in ontwikkeling, vertelt Linders. Dat blijkt: gras en mos is nog erg kort, graffiti siert menig muurtje: hangjongeren vinden het terrein maar wat interessant. Linders: “Ik heb één van hen gevraagd om een graffiti-ontwerp voor ons te maken. Vond hij leuk om te doen en nu laten de jongeren het park met rust. Het Merwe- en Vierhavensgebied is de perfecte omgeving voor een test- en demoterrein als dit.” De futuristische voertuigen raken de jongeren nooit aan, verzekert de parkdirecteur. Maar voor de zekerheid staat alles veilig achter slot en grendel.
Alwin Bakker vertelde eerder dat er ook nog een dronetower moet verrijzen om testvluchten in het havengebied te maken. Maar momenteel wordt dat stuk grond nog overwoekerd door mos en gras. Linders vertelt dat dat komt omdat vliegvergunningen regelen wat lastig blijkt. “Hier dichtbij is een vliegveld, dus we kunnen niet teveel vliegbewegingen maken.”
Hij merkt bij rondleidingen regelmatig dat het de ogen van bezoekers opent, bijvoorbeeld bij gemeenteambtenaren. “Als die zien wat er allemaal op een veilige manier mogelijk is, hebben ze een andere blik op autonoom vervoer dan beleidsmakers op kantoor. Als een wethouder een keer in een shuttle heeft gezeten helpt dat erg. Uiteindelijk willen we natuurlijk pilots op straat draaien en naar ‘fieldlabs’ toe.” In die zin komt het goed uit dat aan de andere kant van Rotterdam, aan de Kralingse Zoom, de nieuwe ParkShuttle rijdt. “Je kunt er zo met de metro heen.”
Weerstand weerleggen
De ParkShuttle is momenteel het enige commerciële, autonome mobiliteitsproject van Nederland: sinds ‘de Stintzaak’ zijn technologische ontwikkelingen teruggeworpen in de tijd, stelt Bakker. Zo stopte HTM de pilot met een autonome shuttle bij het HagaZiekenhuis, waarmee het in 2019 juist begonnen was.
“Een aantal jaar geleden waren de beloftes erg groot, inmiddels is er meer weerstand tegen autonome systemen. Wat mij betreft ten onrechte. We willen die weerstand weerleggen. Systemen worden steeds veiliger. Als techniek op orde en de controlroom goed ingericht is, hoeft er geen steward meer mee op het voertuig.”
Alwin Bakker wil autonoom vervoer in Nederland aanjagen: ‘De mobiliteitsmarkt denkt dat er alleen witte zwanen bestaan. Wij willen een zwarte zwaan ontdekken’
Want zelfrijdende shuttles hebben de toekomst, klinkt het overtuigd door de twee mannen. “Samen met de gemeente Rotterdam hebben we een visie op autonome shuttles voor de komende vijf jaar gemaakt. Personeelstekorten groeien en vergrijzing neemt toe. Buschauffeurs zijn gemiddeld 58 jaar oud. In steden is onvoldoende ruimte voor auto’s."
"De mobiliteitsmarkt denkt nog overwegend dat er alleen witte zwanen bestaan. Totdat het een zwarte zwaan ontdekt. Die zwarte zwaan ontdekken we hier, op het Future Mobility Park. Dit is het momentum.”
Dit artikel is eerder gepubliceerd in OV-Magazine 1/2023. Wilt u OV-Magazine voortaan op papier of digitaal ontvangen? Neem dan een abonnement.