Ingrid Sloots van Nest Natuurinclusief ontwikkelde het Toetsingskader Natuurinclusief Bouwen. Met deze tool komt een uniforme toetsing van de biodiversiteit voor gemeenten en marktpartijen beschikbaar.
Toetsingskader Natuurinclusief Bouwen voor biodiversiteit in gebiedsontwikkelingen
Gemeenten hanteren sinds enkele jaren een puntensysteem voor biodiversiteit in plannen voor biodiversiteit. De gebruikte systemen verschillen echter van elkaar. Een uniform systeem is productiever. reden voor Ingrid Sloots om het Toetsingskader Natuurinclusief Bouwen te ontwikkelen.
Welke specifieke eisen kan een gemeente stellen aan biodiversiteit in plannen voor gebiedsontwikkeling en hoe kunnen marktpartijen daarop worden beoordeeld? En hoe geef je daar vervolgens een rapportcijfer aan? Sinds enkele jaren hanteren verschillende gemeenten een puntensysteem. Een andere maatlat in iedere stad werkt echter contraproductief. Meer landelijke uniformiteit helpt. Samen met vier ervaren stadsecologen heeft Ingrid Sloots (Nest Natuurinclusief) het Toetsingskader Natuurinclusief Bouwen ontwikkeld. Iedere gemeente in Nederland kan dit kosteloos gebruiken.
“We hebben zoveel bouw- en renovatieopgaven dat we de komende jaren elk gebouw en iedere straatsteen wel een keer aanpakken. Als je dat doet met een plus voor natuur en biodiversiteit, moet je eens kijken waar je uitkomt”, begint Sloots. Ruimtelijke ontwikkeling is volgens haar een uitgelezen kans om stedelijke natuur te versterken en gemeenten hebben daarbij de regie: “Zij kunnen de natuur een stem aan tafel geven. Zij kunnen verplichten en regisseren. Ondanks de beperkte ambtelijke capaciteit.”
Daarvoor is het belangrijk dat maatregelen concreet, meetbaar en toetsbaar zijn. Dan kan de gemeente beleid formuleren en weten marktpartijen waar zij aan toe zijn. Dan vinden we niet overal het wiel opnieuw uit en kunnen we beter samenwerken.
Behoefte aan standaardisatie
Steeds meer gemeenten gebruiken een puntensysteem om de complexe opgave van ‘natuurinclusief bouwen en natuurinclusieve gebiedsontwikkeling’ te operationaliseren. Daarmee worden ambities concreet en kunnen zij plannen op dit punt beoordelen. Als gemeenten verschillende systemen hanteren, leidt dat echter tot onduidelijkheden en veel extra werk. Het Overleg Standaarden Klimaatadaptatie (OSKA) wees al eerder op de behoefte aan een zekere vorm van standaardisatie: een landelijk (punten)systeem, met ook ruimte voor lokaal maatwerk.
Het Rijk geeft weinig landelijke sturing op dit gebied. Om een stap verder te komen, moeten gemeenten en marktpartijen zelf aan de slag. Vier koplopergemeenten (Leiden, Delft, Tilburg en Amsterdam) sloegen daartoe de handen ineen. Sloots heeft in werksessies de kennis en ervaring opgehaald en gezocht naar de beste oplossingen en combinaties. Enkele zwaktes en tegenstrijdigheden in de verschillende toetsingskaders zijn opgelost en ontbrekende punten zijn aangevuld.
Natuurinclusief Toetsingskader 2.0
Dit werk heeft uiteindelijk geleid tot het Natuurinclusief Toetsingskader 2.0. Dat kader bestaat uit:
- Stappenplan natuurinclusief beleid
De ervaring leert dat eisen voor natuurinclusief bouwen verankerd moeten zijn in natuurinclusief beleid en in de gemeentelijke organisatie, aldus Sloots. “Dan is de opgave gedekt.” Om dat beleid op te stellen en lokaal relevant te maken, is een stappenplan (in negen stappen) uitgewerkt.
- Template voor plantoetsing
Een template (in Excel) vermeldt tientallen maatregelen, randvoorwaarden, uitwerkingen en scores. De maatregelen en de waardering ervan zijn bepaald door stadsecologen. Per gemeente zijn lokale verschillen mogelijk, maar de systematiek is uniform. Initiatiefnemers leveren gestandaardiseerde informatie aan voor plantoetsing. Marktpartijen en gemeenten komen daarmee tot een eenduidige beoordeling voor een ontwikkeling.
- Checklist habitat voor doelsoorten
Voor verschillende doelsoorten is een overzicht gemaakt waarin staat welke habitatvoorwaarden en specifieke maatregelen de betreffende soort bevorderen. Iedere maatregel levert een score op. De gemeente kiest welke doelsoorten lokaal relevant zijn.
Landelijke uniformiteit, lokaal maatwerk
Het Toetsingskader draagt bij aan meer landelijke uniformiteit, terwijl iedere gemeente ruimte houdt voor lokaal maatwerk: zowel qua keuze van maatregelen en doelsoorten als qua ambitieniveau. Sloots: “Je kunt doelstellingen invoegen om het natuurbeleid lokaal relevant te maken. Daarmee zijn sommige gemeenten al langer bezig. Die durven vaak voor een hogere standaard te kiezen. Maar er zijn ook gemeenten die allang blij zijn als de natuur überhaupt meegenomen wordt.”
Het Toetsingskader helpt om sneller lokaal aan de slag te gaan. Het wiel is immers al uitgevonden. Het bespaart daardoor ook veel werk, zowel bij gemeenten als bij marktpartijen. Op een uniforme manier kan een gemeente haar uitvraag verduidelijken; antwoorden zijn beter en sneller toetsbaar. Vervolgens houden gemeenten, ondanks hun beperkte capaciteit, meer ruimte vrij om overzicht te houden en van daaruit regie te voeren, meent Sloots. “Dan kun je zorgen dat één plus één drie wordt. De regierol wordt leuk als je ook werkelijk - over projecten heen - meerwaarde voor de natuur gaat realiseren. Dan kun je als gemeente inderdaad zeggen: ‘Zo maken we met natuurbeleid echt het verschil in onze leefomgeving’.”
Bekijk hier de presentatie van Ingrid Sloots
Bron: Stedebouw & Architectuur
Meest gelezen
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Bouwbesluit: Nestvoorzieningen verplicht voor nieuwbouw
Bij de eerstvolgende wijziging van het Besluit bouwwerken leefomgeving (het voormaloge Bouwbesluit) zal het…
Groene tuinen steeds populairder
Steeds meer woningeigenaren en huurders vergroenen hun tuin. Dat blijkt uit cijfers van Tuinbranche Nederland…
Naar een breder gedragen natuurbeleid in Nederland
Ondanks de voortdurende inspanningen blijven de internationale natuurdoelen buiten bereik. Een effectieve…
Waterschappen steunen Agenda Natuurinclusief 2.0
Waterschappen staan volledig achter de Agenda Natuurinclusief 2.0. Dit initiatief streeft naar een evenwicht…
Nieuwe KPI’s voor biodiversiteit in de openbare ruimte
In steden en op het platteland staat de natuur onder druk. De populaties van eerder veelvoorkomende soorten,…
Succes in natuurinclusief bouwen bij project Parijsch in Culemborg
Nieuwbouw werkt bevorderend voor de biodiversiteit. Dat is een conclusie die Heijmans trekt uit de eerste…
Maakt een rijke biodiversiteit ons direct gezonder?
Biodiversiteit wordt vaak gezien als iets dat met name betrekking heeft op planten en dieren. Maar een rijke…
Miljardeninvestering nodig om steden aan groennormen te laten voldoen
Er bestaat nog geen goede groennorm die we in Nederland kunnen gebruiken, een kwaliteitseis aan het groen…