Johan Diepens, directeur/eigenaar van Mobycon, ziet veel aandacht voor Mobility as a Service en voor voetgangers, nu en volgend jaar. “De vakwereld denkt na over veiligheid en MaaS zal worden doorontwikkeld."
Link tussen vervoersarmoede en digitalisering
“Mobiliteit gaat niet alleen om bereikbaarheid en economische waarde, mobiliteit heeft ook een sociale kant: mobiliteitsgeluk en vervoersarmoede”, stelde Diepens al in het Trendboek Mobiliteit 2019. Er is een link tussen vervoerarmoede en digitalisering. MaaS maakt hier ook onderdeel vanuit. Als we niet accuraat handelen, zullen er waarschijnlijk door MaaS mensen buiten de boot vallen. Niet alleen vanwege het gebrek aan vervoersaanbod maar ook vanwege digitale (on)mogelijkheden.
Meer ruimte voor de voetganger
Volgens Diepens gaan we nu vooral meer nadenken over de plek van de verschillende verkeersdeelnemers, zowel letterlijk als figuurlijk. Eerder stelde hij dat er meer ruimte voor de voetganger moet komen, maar dat we ‘er niet over durven te praten’. “Pak eens een willekeurig gemeentelijk mobiliteitsplan erbij. Neem de inhoudsopgave en ga op zoek naar ‘de voetganger’. De problemen, de wensen, de kansen, de ambitie, de analyse, de aanpak en de maatregelen. Ik ben er bijna zeker van dat je het boekwerk zo ter zijde kan schuiven, omdat er niet veel te vinden zal zijn.” De voetganger is het gezicht van de stad, we denken steeds meer na over de plek van de voetganger, de fiets en de auto in het stadsverkeer. Welke plek is er in de stad, voor wie en voor wat? Daar moeten we keuzes in maken. Dat wordt wel steeds lastiger.”
Keuze maken tussen fietsers, auto's en voetgangers
“Mensen zijn gewend dat ze overal kunnen stallen of parkeren, maar ook daarin moeten we keuzes maken.” Volgens Diepens moeten we keuzes maken tussen fietsers, scooters, auto’s en voetgangers – niet alles past op dezelfde plek. Dit geldt voor mobiliteit in beweging, maar ook voor mobiliteit bij stilstand. “Als je kijkt naar de binnensteden: Hoe gaan we dat organiseren? De discussie gaat erover hoe we gebruik gaan maken van de stad, wie is nu precies de gebruiker van de ruimte in de stad?” Volgens Diepens gaan mensen uit van een soort basisrecht om hun spullen te stallen, of dat nu een fiets of een auto is. “Maar we moeten af van gemiddeld tien parkeerplaatsen per auto in Nederland, dat levert zoveel loze ruimte op. Ruimte die we beter kunnen gebruiken voor woningbouw, verblijf of vergroening van de stad.”
Nieuw concept: de wisselfiets
Mobycon heeft in 2019 een nieuw concept ontwikkeld voor het delen van fietsen: de wisselfiets. De wisselfiets is bedoeld als oplossing voor het fietsparkeerprobleem bij stations. In Amsterdam-Zuid startte afgelopen jaar een proef. “Het is een relatief eenvoudig concept.” De wisselfiets is gebaseerd op de gedachte dat mensen vaak hun fiets langdurig parkeren in een stationsstalling, terwijl deze niet vaak wordt gebruikt. “Er zijn mensen die vier fietsen hebben en deze stallen bij verschillende stations. Door het patroon waarop deze fietsen gebruikt worden, valt de parkeerduur wel binnen de norm, maar de fietsen worden meer níet dan wel gebruikt.” De wisselfiets is hier een oplossing voor, hoewel mensen natuurlijk wel eerst moesten wennen. “Momenteel is het gebruik gratis en zijn gebruikers positief. We zien dat we stapje voor stapje naar gedragsverandering moeten werken.” Tijdens de pilot van een half jaar kunnen Amsterdammers én forenzen die per trein naar de stad komen zich registreren om deel te nemen. Amsterdammers ruilen dan hun fiets in voor een fiets die door de stad wordt verstrekt. Deze fiets, uitgerust met een Bluetooth-slot, wordt vervolgens geparkeerd op een aangewezen plek in de ondergrondse garage, die alleen beschikbaar is voor geregistreerde deelnemers. Mensen die vertrekken met de trein kunnen dan de fiets wisselen met mensen die net aankomen met de trein. Hierdoor zijn uiteindelijk minder stallingsplaatsen nodig.
Met data het wegontwerp verbeteren
Voor 2020 wil Mobycon zich richten op nieuwe ontwikkelingen. “Denk daarbij aan risicogestuurd ontwerp, in tegenstelling tot reactief ontwerp. Bijna overal zijn camerabeelden voorhanden, door gerichte automatisering toe te passen kunnen we daar veel meer mee doen. Camerabeelden en slimme software kunnen bijvoorbeeld ingezet worden om verschillende gradaties van bijna-ongevallen over een langere periode vast te leggen en te analyseren. Deze data kan gebruikt worden om het wegontwerp te verbeteren. Deze analysetechniek met camera en software voor bijna-ongevallen is na de eerste pilots in 2019 een product dat wij in 2020 introduceren.”
Dit artikel is verschenen in Trends 2020, een uitgave van Verkeerskunde, Parkeer24, Verkeer in Beeld en OV Magazine
Reactie toevoegen